Hoe staat het met het Oostenrijkse toerisme? We spraken erover met Astrid Steharnig-Staudinger – CEO van Österreich Werbung – en minister voor economie en werkgelegenheid Martin Kocher. Beide prominenten waren afgelopen weekend in het land als onderdeel van een speciale delegatie vanuit Oostenrijk ter ere van een uitreiking. Oud-commercieel directeur Coby van Dongen van Jong Intra Vakanties werd onderscheiden met het Ereteken van de Republiek Oostenrijk in Zilver in het nieuwe kantoor van het Oostenrijks Verkeersbureau (Österreich Werbung Nederland) in Den Haag.
Steharnig-Staudinger windt er geen doekjes om, de CEO van Österreich Werbung weet dat haar land qua zomervakanties niet op nummer één staat. “Nederlanders gaan 's zomers nog steeds het vaakst naar Frankrijk. Oostenrijk staat op nummer tien, maar we zijn klimmende”, legt Steharnig-Staudinger uit. “Ook dit jaar verwachten we weer een groei van twee tot drie procent. Er is dan ook veel geïnvesteerd in familievriendelijke vakantiefaciliteiten zoals speeltuinen en adventure parken, maar ook in bikeparken."
“De groei in bezoekersaantallen zit ook in de veranderende tijdsgeest”, vertelt Steharnig-Staudinger. "Want veel dingen die men vroeger ouderwets vond, zijn nu juist hip. Zoals bijvoorbeeld hiken. Vroeger was dit meer voor een ouder publiek, maar nu vinden veel jongeren het ook leuk om te doen. Lekker sportief bezig zijn in de bergen. Een andere ommezwaai is traditionele klederdracht. Werd dit eerst oudbollig gevonden, nu wordt het gebruik van lokaal gemaakte kleren juist weer als trending gezien. Vakantiegangers vinden het weer leuk om locals in zulke klederdracht te zien tijdens een huttenbezoek. Onze reclamecampagne van dit jaar draait dan ook meer om onze lokale bergbewoners dan om onze prachtige bergen. Want die bergen hebben ze in Zwitserland en Zuid-Tirol ook.
Het laatste zetje in de rug hebben we te danken aan de ‘coolcation’ trend, oftewel een zomervakantie op een koelere plek. Doordat de zomers steeds warmer worden zoeken vakantiegangers steeds vaker een bestemming waar je met aangename temperaturen kan hiken en biken. En dat kan perfect in onze bergen”, aldus Steharnig-Staudinger.
Ook Kocher ziet qua bezoekersaantallen een recovery sinds covid. De minister groeide op in Altenmarkt/Zauchensee in het populaire Ski amadé, dus heeft hij met eigen ogen de Nederlandse toeristenstroom door de decennia heen zien toenemen. “Ik heb er veel vriendschappen zien ontstaan en ik bezoek jullie land zelf ook nog regelmatig”, zegt Kocher. “Qua winter is Oostenrijk nummer een onder Nederlanders. Dat willen we ook blijven en investeren dus veel in infrastructuur, vorig jaar nog zo’n 600 miljoen euro.
Een andere grote investering is in duurzaamheid, we willen honderd procent renewable worden. We staan nu derde in de Sustainable Travel Index wereldlijst, achter Zweden en Finland, maar we blijven werken aan een nog duurzamer toerismebeleid. De derde investering is op het gebied van personeel. En dat is een flinke uitdaging, want het vinden van geschoolde werkkrachten blijkt steeds lastiger. Iets wat jullie in Nederland ook ondervinden door de demografische ontwikkelingen. Een ondernemer in de toerismebranche die echter investeert in een jaarrond aanbod en dus vaste dienstverbanden kan aanbieden, heeft hier minder last van dan een ondernemer die iedere keer opnieuw kundige seizoensarbeiders moet aantrekken”, eindigt Kocher.
Volgens Steharnig-Staudinger is dit jaarrond aanbod mogelijk omdat de vakantieseizoenen steeds meer stretchen. “Het feitelijke tussenseizoen wordt steeds korter. Vooral in de lagere gebieden die in de toekomst minder sneeuw gaan krijgen, kan men langer doorgaan met zomerse activiteiten. Hiken en biken kan daar tegenwoordig zelfs nog tot oktober en november. En in Neder-Oostenrijk worden de bikeroutes in maart alweer geopend, terwijl het in St. Anton am Arlberg dan nog sneeuwt. Oostenrijk is nog meer een jaarrond bestemming, voor ieder type vakantieganger”, eindigt Steharnig-Staudinger trots.