Tips om veilig naar beneden te wandelen
Het doel van een bergwandeling is natuurlijk de top! Maar je moet ook altijd weer naar beneden wandelen. Afdalen is technisch moeilijker dan omhoog lopen. De basishouding voelt voor veel beginnende wandelaars tegennatuurlijk. Ook verzuren je bovenbenen sneller dan je zou denken. Het is niet voor niets dat de meeste ongelukken gebeuren tijdens de afdaling. In dit blog de beste tips om veilig te voet naar beneden te komen.
1. Zorg voor goede uitrusting:
In de afdaling zijn goede wandelschoenen misschien nog wel belangrijker dan tijdens de klim. afdalen is technisch moeilijker dan klimmen. Zorg dat je alleen gaat wandelen met bergschoenen met een goede zool. Middelhoge tot hoge wandelschoenen geven meer steun, ook tijdens de afdaling. Wandelstokken kunnen je bij de afdaling helpen, om je benen te ontlasten en om evenwicht te houden.
Let op: wandelstokken zijn geen vervanging voor een goede wandeltechniek! Als je nog weinig wandel ervaring hebt is het beter om eerst goed te leren lopen zonder stokken.
Lees hier ons blog: 7 tips voor als je nieuwe wandelschoenen zoekt!
2. Neem voldoende water mee, ook voor de afdaling:
Bij het bergwandelen zet je heel veel statische kracht op je bovenbenen. Elke stap moeten je bovenbenen je lichaamsgewicht houden. Je spieren zijn hier vaak minder in getraind dan je lichaam omhoog tillen. Hierdoor hopen zich snel veel afvalstoffen op in je beenspieren. Stevige spierpijn na een wandeling komt vaak van de afdaling. Het is belangrijk om goed te blijven drinken zodat al dit zuur makkelijk weggevoerd kan worden.
3. Houd je gewicht naar achteren, boven je voeten:
Plaats je gewicht tijdens het afdalen iets meer naar achteren om je evenwicht te bewaren. Hierdoor sta je stabieler en hou je meer druk op de zolen van je schoenen waardoor deze minder snel wegglijden. De stelregel is dat je heup recht boven je hielen met blijven. Dat betekent dat hoe steiler het terrein hoe meer je je lichaamszwaartepunt naar achteren brengt.
Let op: als je te veel naar achter leunt dan glijden je voeten weg, en als je te veel naar voor leunt is het lastig om je evenwicht te houden. Dit kun je prima trainen door een korte steile helling waar je het lopen op probeert. Je zult merken dat je voeten extreem veel grip hebben als je een goede wandeltechniek gebruikt.
Dit moet er in je rugzak als je gaat bergwandelen
5. Plaats je voeten goed en stevig:
Plaats je voeten met je tenen vooruit. Plaats je voeten absoluut niet haaks op de helling, dan hou je geen grip. De basisplaatsing van je voeten is op schouderbreedte en met je tenen iets naar buiten, (ongeveer op tien over tien) zo heb je het meeste grip. Natuurlijk is dit afhankelijk van de stenen, wortels en andere obstakels op het wandelpad.
6. Kijk waar je loopt, maar kijk ver vooruit:
Zoals eigenlijk bij alle sporten is het van belang om ver vooruit te kijken. Kijk waar je loopt, en waar je heen moet. Kijk waar je naartoe gaat en niet waar je niet naar toe wilt. Scan het pad op obstakels. Kijk niet naar je voeten, dan loop je jezelf snel vast.
7. Respecteer de natuur, snij niet af:
Houd je aan de gemarkeerde paden! Snij niet af. Afsnijdertjes zorgen voor veel erosie en kunnen de paden aantasten, zo wordt het moeilijker voor iedereen.
Lees hier De beste tips voor als je voor het eerst gaat bergwandelen
8. Let op weersveranderingen:
Het weer in de bergen kan snel veranderen. Houd de weersvoorspellingen in de gaten en wees voorbereid op slecht weer. Een eenvoudige afdaling tijdens goed weer kan een zeer gevaarlijke onderneming worden tijdens een flinke onweersbui. Zorg dat je op tijd omkeert als het weer omslaat.