Het is en blijft verre van stabiel weer in de Alpen. Los van een paar mooie momenten blijft het onbestendig in de Alpen met soms veel regen. Vooral in de Italiaanse en Franse Alpen.
De oorzaak van het wisselvallige weer is een lagedrukgebied in de bovenlucht, dat zich een groot deel van de week in de buurt van Frankrijk ophoudt. Anders dan ‘gewone’ lagedrukgebieden die in een westelijke stroming over Europa trekken, is dit exemplaar vooral in de bovenlucht ontwikkeld en is het losgekoppeld van de straalstroom. Daarbij is het systeem ingesloten door verschillende hogedrukgebieden waardoor het zijn eigen plan trekt. In dit geval zwerft de bovenluchtstoring dagenlang rond boven het westen van Frankrijk, maar de exacte positie zal van dag tot dag wat verschillen waarbij het lastig te voorspellen is waar precies. Vergelijk het met een oog vet dat op een bord soep drijft en ronddobbert. Rondom dit oog trekken allerlei neerslaggebieden over West- en Midden-Europa in de vorm van buien die fors kunnen uitvallen.
Ook de Alpen krijgen met buien te maken. In de Zuid-Alpen kan het echter ook langer aaneengesloten regenen waardoor de hoeveelheden opnieuw fors kunnen oplopen. In de Italiaanse Alpen en het Zwitserse Ticino kan aan het eind van de week lokaal meer dan 150 millimeter zijn gevallen. In de Franse Alpen 40-60 mm en in Oostenrijk gemiddeld 20 tot 40 mm. In het hooggebergte boven de 3000-3500 meter valt (opnieuw) veel sneeuw.
De meeste zonuren vind je tussen de buien door aan de noordkant van de Alpen: in het noorden van Zwitserland en in Oostenrijk. Aan de zuidkant en in de Franse Alpen zul je de zon maar weinig zien.
Het ziet ernaar uit dat het wisselvallige volgende week nog aanhoudt. Hogedrukgebieden die voor rust kunnen zorgen vinden we vooral aan de randen van Europa, boven Scandinavië, Rusland en op de Atlantische Oceaan.