Tirol slaat nieuwe weg in qua financiering toerisme

Edo

Bijna tien procent van de Oostenrijkse bevolking is direct of indirect werkzaam in het toerisme. Dit is dan ook een belangrijke sector van de Oostenrijkse economie, en het is een groeiende sector. Reden te meer om hem gezond te houden. Tirol ontvangt de meeste bezoekers en juist deze deelstaat wil veranderingen doorvoeren om het financieringssysteem te moderniseren.

Duurzaam financieringssysteem

Gastenwerving, openbaar vervoer, vrijetijdsattracties, fietsinfrastructuur, culturele evenementen, sportevenementen of wandelpaden – achter de verdere ontwikkeling van het toerisme in Tirol schuilt een duurzaam financieringssysteem voor toerisme waar veel Europese regio’s jaloers op zijn. Toerisme is een essentiële pijler, stelt banen veilig en brengt opdrachten binnen die ver buiten de eigen sector liggen. Zo’n 80.000 bedrijven in Tirol betalen daarom een toeristenbelasting en zorgen zo voor het voortbestaan van het toerisme.

Wetsvoorstel

Niet alleen de gasten profiteren hiervan, maar vooral de lokale bevolking. Nu wil Tirol dat het financieringssysteem voor toerisme wordt gewijzigd om de lasten te verminderen en te vereenvoudigen ten behoeve van lokale bedrijven. De Tiroolse deelstaatregering stuurt daarom de Tiroler Toerismewet en de Wet op de Verblijfsbelasting ter beoordeling en begint daarmee de financiering van het toerisme te moderniseren. Afgelopen maandag presenteerden Landeshauptmann Anton Mattle en staatsraad voor Toerisme en Economische Zaken Mario Gerber de belangrijkste punten van het voorstel.

Lastenvermindering voor lokale bedrijven

Hulppakket van 10 miljoen

De Tiroolse deelstaatregering stelt een hulppakket samen ter waarde van ongeveer tien miljoen euro per jaar. Concreet zouden bedrijven waarvan het directe economische voordeel uit toerisme lager is in de toekomst minder toeristenbelasting moeten betalen. Afhankelijk van de lokale klasse (als gevolg van de toeristische intensiteit van de regio’s) zijn de beroepsgroepen in principe verdeeld in totaal zeven bijdragegroepen - van I (het dichtst bij het toerisme - bijvoorbeeld liftmaatschappijen) tot VII (het verst verwijderd van het toerisme - bijvoorbeeld beeldhouwers). Voor bijdragegroepen I en II, die het meest profiteren van het toerisme, blijft de hoogte van de toeristenbelasting gelijk. Vanaf 1 januari 2025 gaan beroepsgroepen die niet gerelateerd zijn aan toerisme (groep III en hoger) gemiddeld 24 procent minder belasting betalen. Daarnaast wordt een aftrek van 2.500 euro ingevoerd; verkopen onder dit bedrag zijn in de toekomst belastingvrij.

Verhoging toeristenbelasting

Om de financiële middelen voor de verdere ontwikkeling van het toerisme veilig te stellen, moet de minimale lokale belasting die door gasten wordt betaald en wordt geïnd bij accommodatieverschaffers, met de start van het winterseizoen vanaf 1 december 2024 worden verhoogd van 1 euro naar 2,60 euro. De gemeentes blijven het bedrag dat toeristen moeten betalen echter zelf bepalen, tot een maximum van 5 euro per nacht en gast. Het is dus afwachten of deze verhoging direct wordt doorberekend naar de ‘klant’.

Edo
komt in de winter met mach 10 de bergflanken omlaag maar in de zomer neemt hij zijn tijd, bijvoorbeeld met een wandeling of e-biketocht.

Reageren